
TED NEELEY IS JESUS CHRIST SUPERSTAR
Hague Magazine's Esther de Hartog sprak met Ted Neeley
“Ik mag Jezus interviewen!” riep ik enige tijd terug enthousiast tegen mijn collega’s. Ze keken mij enigszins verwonderd maar vooral bezorgd aan. Mijn collega’s weten dat ik regelmatig mediteer en blijkbaar zorgde dit gegeven samen met mijn enthousiasme voor fronsende wenkbrauwen. “Je gaat toch niet te erg zweven hè?” verwoordde een van mijn collega’s haar bezorgdheid, “het is 2016 dus je had hem 2.000 jaar terug moeten interviewen”.
Ik zit echter oog in oog met Ted Neeley, de Amerikaanse acteur en zanger die sinds de jaren ’70 de rol van Jezus vertolkt in de musical “Jesus Christ Superstar”. Het is een rockopera die wereldwijd bekendheid heeft verworven met muziek van Andrew Lloyd Webber en teksten van Tim Rice. Het verhaal richt zich op de laatste 7 dagen uit het leven van Jezus gezien door de ogen van zijn vrienden. De rockopera werd in 1973 verfilmd met Ted Neeley in de hoofdrol. Vanaf de jaren ’90 verwierf Ted Neeley opnieuw faam en een nieuwe generatie fans toen hij wederom de rol van Jezus ging vertolken in de musical. In december komt de rockopera voor het laatste jaar naar het WorldForum in Den Haag. Tijd dus om Ted Neeley te interviewen over de rol van zijn leven, de relatie met fashion en redenen om de musical te gaan zien in een multiculturele stad als Den Haag.
U heeft de rol van Jezus inmiddels meer dan 5.000 x vertolkt. Zoals veel mensen ben ik al snel verveeld als ik dezelfde job een aantal keer moet doen. Hoe heeft u het voor zichzelf interessant gehouden om dezelfde rol te blijven spelen?
Ted zijn ogen beginnen te twinkelen. “Het is nooit saai, nooit vermoeiend. Ik vind het een absoluut voorrecht om deze rol al zoveel jaar te mogen vertolken. Zodra de band haar eerste akkoorden inzet wordt het geluk in mijn ziel en die van het publiek aangeraakt. Het is alsof de muziek iedereen op een hoger niveau tilt. Wij voelen als cast de energie van het publiek en geven die energie weer terug. Je komt in een cirkel van positieve menselijke energie die overweldigend is. Hoe kan zoiets magisch ooit gaan vervelen? Ook ik heb wel eens getwijfeld of ik op mijn 73e deze rol fysiek nog aan zou kunnen en of het publiek mij nog wil zien maar, het werkt!”
Tegenover mij zit een kleine, energieke man die bevlogen zijn verhaal vertelt. Het is moeilijk voor te stellen dat hij al 73 is. Vol enthousiasme vervolgt Ted zijn verhaal. “Zoveel mensen komen na de uitvoering naar me toe om aan te geven dat ze opnieuw verbinding hebben gemaakt met hun spiritualiteit. Het verhaal van de laatste dagen van Jezus wordt verteld via muziek waardoor je op een andere manier luistert. De musical is hierdoor educatief, spiritueel en een feest tegelijkertijd. Voor mij voelt het alsof ik nog geen dag in mijn leven heb gewerkt. Ik beschouw het nog steeds als een verrijkende ervaring en een ‘blessing’ om deze rol te mogen vertolken en via die rol mensen in hun hart te raken.
De musical bestaat al meer dan 40 jaar en lijkt vrij algemeen geaccepteerd te zijn. In de jaren ’70 waren de film en musical echter vrij controversieel omdat het Jezus als een normaal menselijk persoon neerzette. Ik heb begrepen dat er vele protesten waren van christelijke groeperingen die niet wilden dat de voorstellingen door zouden gaan omdat ze het beschouwden als godslastering. Wat was er aan de hand?
Ted neemt een bedachtzamer houding aan. “Ten eerste namen mensen aanstoot aan de titel van Jezus als ‘superstar’. Ten tweede was het voor sommige groeperingen moeilijk te accepteren dat Jezus zingend werd neergezet met een rockband. Ook voor mijzelf was het in het begin enorm spannend om deze rol te spelen omdat de mensheid al honderden jaren beelden had bij de figuur van Jezus. De hele wereld had haar eigen perceptie bij het verhaal. Sinds die tijd is er echter veel veranderd. Het lijkt meer breed geaccepteerd te zijn dat Jezus als ‘man’ wordt geportretteerd en mensen blijven geraakt door het verhaal via de muziek”.
Den Haag is een multiculturele stad met mensen van verschillende religieuze achtergronden en mensen die zonder religie zijn opgegroeid. Waarom zouden zij naar een musical gaan die over een Bijbels verhaal gaat?
“Het is een illusie dat je ‘christelijk’ moet zijn om deze musical te komen bekijken” geeft Ted onmiddellijk als reactie. “In de loop der jaren zijn mensen met elke denkbare religieuze achtergrond naar de musical gekomen. Inmiddels hebben zelfs drie, vier of vijf generaties in dezelfde families de musical gezien. De kracht is het menselijke verhaal dat de harten van mensen raakt, welke religieuze of niet-religieuze achtergrond je ook hebt. De karakters in het verhaal doorlopen beproevingen net zoals mensen tegenwoordig nog steeds met beproevingen worden geconfronteerd. Als resultaat voel je een verbinding met de andere bezoekers in het theater, ongeacht hun religie, omdat je je van mens tot mens met elkaar verbindt. Zodra de muziek start wordt elke mens in de zaal geraakt. De muziek creëert een eenheid tussen mensen, een spirituele connectie tot ‘iets’ waardoor bezoekers iedere keer weer geïnspireerd de zaal verlaten.”
De film en musical waren in de jaren ’70 duidelijk beïnvloed door de mode van die tijd, Denk aan heupbroeken, wijde jeans met wijd uitlopende pijpen, hotpants, catsuits, langere kapsels, hoofdbandjes, lange jurken van soepele stoffen en kaftants, paisley- en bloemenprints. Waarom was er zo duidelijk een link met de mode van die tijd?
“De filosofie van de film was om het verhaal van de laatste dagen van Jezus als een menselijk verhaal neer te zetten. Dit kon het beste door de karakters de mode uit die tijd te laten dragen zodat kijkers zich zouden herkennen in de menselijke aspecten van het verhaal. De hippie essentie van de kleding was op haar beurt geïnspireerd door de musical ‘Hair’ die een revolutionaire beweging liet zien als reactie op de oorlog in Vietnam”.
Als de kledingkeuze er in de jaren ’70, onder andere, voor zorgde dat het verhaal breed geaccepteerd werd, waarom is er dan voor gekozen de musical nog steeds met jaren ’70 kleding vorm te geven in plaats van de kleding uit 2016? Zou de musical geen groter publiek trekken in een gerestyled, modern jasje?
“Vreemd genoeg is dit niet het geval. In de loop van 43 jaar zijn verschillende versies van de musical gepresenteerd. Een recente versie was bijvoorbeeld in Londen waar de karakters met ‘business suits’ werden aangekleed om zodoende de link te maken met de kledingstijl van de financiële sector in de ‘city’. Het is echter een feit dat de musical in haar originele versie het meeste publiek blijft aantrekken. Blijkbaar heeft de musical de meeste zeggingskracht voor mensen als het zoveel mogelijk op de film lijkt”.
Als je de film echter al 1 of meerdere keren hebt gezien, waarom moeten we Jesus Christ Superstar gaan zien in het theater, als deze zo overduidelijk geïnspireerd is op de film?
Ted begint te glimlachen bij mijn vraag. “Mensen kopen kaartjes, en blijven kaartjes kopen ook al hebben ze de musical al een aantal keer gezien. Het verhaal ‘live’ zien, de muziek door je heen voelen stromen, geraakt worden net zoals de andere mensen in de zaal geraakt worden, zorgt toch voor een andere belevenis dan thuis op de bank de dvd bekijken. In het theater word je het verhaal ingetrokken. De combinatie van de muziek, de originele versie van het verhaal en mijzelf als de originele Jezus blijkt een unieke combinatie te zijn. Hoe het precies werkt weet ik ook niet. Het lijkt simpelweg magie”.
Tekst: Esther den Hartog